De lekkerste grote rozijnenkoeken, een beetje zoet, chewy en krokant aan de randjes. Precies zoals een koek hoort te zijn. Ik eet eigenlijk bijna nooit koekjes. Je zal ze ook niet vinden in mijn voorraadkast. Maar zo af en toe heb ik zin een een grote robuuste koek. Ook zijn ze ideaal als je (onverwachts) visite krijgt. Je kunt het deeg namelijk perfect in bolletjes invriezen, laat ze licht ontdooien en je hebt binnen no-time versgebakken koeken op tafel staan.
Dit soort koeken roepen een nostalgisch gevoel op bij mij. Toen ik op de middelbare school zat, reisde ik regelmatig met de bus. De bushalte was recht tegenover en klein bakkerijtje. Als ik de bus gemist had, moest ik altijd een half uur wachten. Dus om het wachten een beetje leuker te maken – en mijn honger te stillen – ging ik dan meestal een grote mueslikoek halen. De geur in het bakkerijtje kan ik me nog goed herinneren, versgebakken brood, stokbrood en koekjes.
Rozijnenkoeken recept
In de meeste koeken zit een royale hoeveelheid boter en suiker, zo ook in dit recept (daarom zijn ze zo lekker!). Wat ik heb gedaan, is de boter vervangen voor een een plantaardig alternatief. En in plaats van ei gebruikte ik aquafaba: het water van een blik kikkererwten. 3 eetlepels aquafaba staat gelijk aan 1 ei. Door deze ingrediënten te gebruiken zijn deze koeken vegan. Maar wil je liever roomboter of eieren gebruiken dan kan dat natuurlijk prima.

Ik maak het beslag met behulp van een keukenmachine, maar het kan ook prima met een handmixer met deeghaken. Het beslag of deeg (hoe je het ook wilt noemen) mag wel een nachtje rusten in de koelkast. Zo kunnen de smaken goed ontwikkelen en krijg je mooie robuuste koeken. Je kunt het beslag in zijn geheel wegzetten en er de volgende dag bolletjes van maken. Of je maakt er direct bolletjes van zodat je ze de volgende dag alleen nog maar hoeft af te bakken. Bolletjes maak je het makkelijkst met een ijslepel (ijsscoop). Je maakt ongeveer 10 tot 12 koeken met dit recept. Je kunt er ook voor kiezen om de helft van de bolletjes in te vriezen voor een andere keer. Zo heb je altijd iets lekkers bij de hand en wat je binnen no-time op tafel kunt zetten.




